Kinderopvang een pré bij meertalige peuters

Lieve allemaal,

Meertaligheid bij peuters komt steeds meer voor. Zo ook bij ons op het kinderdagverblijf. Wat is meertaligheid? Er zijn steeds meer kindjes waarvan hun ouders een andere taal spreken als eerste taal. Soms is het in deze gezinnen ook nog het geval dat ook beide ouders een andere moedertaal hebben, waardoor er thuis dan in het Engels (of in een andere taal) wordt gecommuniceerd. Omdat het kind dus meerdere talen aangeboden krijgt, noemen ze dit meertaligheid. De Nederlandse taal komt vaak op een tweede of derde plek.

Voor jonge kinderen is het belangrijk om zo vroeg mogelijk in aanraking te komen met de Nederlandse taal. Hoe jonger ze starten, hoe makkelijker het voor hun te leren is. Zo belangrijk dus om je kindje voordat hij of zij naar de basisschool gaat naar een kinderopvang te brengen. Kinderen leren namelijk zoveel sneller een nieuwe taal dan wij volwassen deze leren.

Dan heb je ook nog twee verschillen in de meertaligheid. Kinderen die vanaf de geboorte al de Nederlandse taal aangeboden krijgen, naast hun moedertaal. Of kinderen die pas op het Kinderdagverblijf in aanraking komen met de Nederlandse taal. Bij deze kinderen komt soms voor dat zij middels een VVE-indicatie bij een kinderdagverblijf terecht komen.

binnen het thema werken. Je zal misschien denken dat is toch saai iedere keer hetzelfde boekje? Maar blijf het herhalen, herhalen werkt zo goed voor het leren herkennen, benoemen en opslaan van nieuwe dingen. En in dit geval nieuwe woorden. De ervaring leert dat hoe beter de kinderen het ochtendritueel of het boekje leren kennen, hoe enthousiaster zij mee gaan doen en hoe actiever gaan reageren. En uiteindelijk alles mee kunnen dromen en thuis nog steeds onze liedjes zingen!

Een heel mooi voorbeeld hiervan is een peutertje binnen onze huiskamer. Hij is een tijdje niet naar de opvang geweest en had thuis vooral weer in het Engels gecommuniceerd en Engelse filmpjes gekeken. Daarvoor had hij een hele goede Nederlandse taalontwikkeling en een brede woordenschat. Maar weer terug op het kinderdagverblijf sprak hij alle zinnen deels Nederlands deels Engels. Bijvoorbeeld; ‘Kom we gaan een videocall doen’ of ‘die honden hebben shark teeth ‘.

Binnen een paar weekjes, door alles te herhalen wat hij in het Engels zei in het Nederlands en dit te blijven doen. Zat het er bij hem al snel weer in. Met gevolg dat wij zelf een opmerking maakte; ‘I know’, waarop dit peutertje ons corrigeerde en zei; je bedoeld je weet het! Van die heerlijke voorbeelden waar je even gecorrigeerd wordt door het meertalig kindje en je ook weer even beseft dat we inderdaad gewoon Nederlands moeten blijven praten ????. In het Engels gaan praten zorgt juist voor verwarring.

Blijf wel heel goed kijken naar een kindje en zorg dat een kindje niet overvraagd wordt. Dus welk tempo ga je aanhouden voor de (taal)ontwikkeling? Wat heeft het kindje nodig en wat geeft het kindje zelf aan? Wanneer een kind overvraagd wordt kan dit ook juist voor onzekerheid zorgen. Een kindje kan zich dan terug gaan trekken of op een andere manier dit gaan uiten. Merk je dat een kindje geen concentratie heeft voor de activiteit die je wil aanbieden? Dan is het prima om met de activiteit te stoppen en juist in te spelen op de behoefte van het kindje op dat moment. Ga iets doen wat wél de interesse wekt op dat moment en waar het kindje wel mee wil spelen.

Wij proberen ook vaak tijdens de vrije spel momenten juist even een momentje te nemen om tussen de kinderen te gaan zitten en gewoon mee te spelen. Meespelen vanuit en inspelen op hun interesse en fantasiespel. Ook zo krijgt het kindje meer vertrouwen in zichzelf, maar ook in jou! Hij kan jou op een rustige manier ‘aftasten’ en leren kennen. Door in gesprek te gaan met het kindje over zijn spel, leer je hem en zijn interesse kennen én kun je gelijk weer werken aan de taalontwikkeling. Door alles duidelijk in korte zinnen te benoemen.